Nieuwe korte film BOEZEMKRING

We zijn momenteel heel druk in pré-productie voor onze volgende korte film BOEZEMKRING waar de geweldige Ronald Giphart samen met zijn dochter Tip speciaal voor Equs Film het script schreef. De ongelooflijk getalenteerde regisseur Ayla van Kessel heeft ook meegeschreven aan het script en staat nu voor de grote taak om dit mooie verhaal over de verschillende generaties van een damesdispuut prachtig op beeld te krijgen.

De hoofdrol wordt vertolkt door de one and only Dieuwertje Blok!!!

Deze korte film vindt plaats onder ons talentontwikkelingsprogramma waar we nieuw talent een kans geven.

Lees meer

Producer Lisa Ruseler

Lisa is een producer die aan veel verschillende producties heeft gewerkt. Van video- en fotoshoots (in Kaapstad, België en Nederland) tot een kunstfietsroute, podcastproductie, en nu ook haar eerste korte film met Equs.

Ze houdt van de afwisseling en vrijheid die het werken als freelancer met zich meebrengt.

Lisa is een energiek, hard en snel werkend persoon die houdt van organiseren en samenwerken met creatieve mensen. Ze studeerde Kunst & Economie aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht (HKU) waar ze afstudeerde met haar eigen project ‘de Wij.land Inspiratieroute’: een kunstfietsroute waar regeneratieve landbouw, boeren, kunstenaars en burgers samenkomen om na te denken over de toekomst van ons landschap.

Daarna rolde ze in video-, podcast- en fotoproducties met The Village Amsterdam, Every Inch Agency, Dag & Nacht Media/Podimo, Tobias Buijs Films, Cellusion Films en Equs Film. En dit najaar maakt ze samen met Equs haar eerste korte film.

Je hebt de Hogeschool voor de Kunsten (HKU) in Utrecht afgerond. Hoe was de overgang van ‘student’ naar ‘werken’?

Voor mij was het een beetje raar omdat ik ben afgestudeerd tijdens Corona in de lockdown van 2020. Mijn plan was om af te studeren, in een restaurant te gaan werken, veel geld te verdienen en te gaan reizen. Als ik dan terugkwam wilde ik als producer gaan werken en verschillende gebieden verkennen. Maar dat ging natuurlijk allemaal niet door omdat alles gesloten was. Dus ik denk dat ik toen vooral ben gaan zoeken naar wat ik wilde doen. Ik had een achtergrond in productie vanwege mijn stage op school en een vriend van mij die videograaf is vroeg of ik wat productiewerk voor hem wilde doen. Omdat mijn afstudeerproject een interdisciplinair project met boeren en verschillende kunstenaars was, wist ik wat over boeren daarom vroeg hij me of ik wilde helpen met de pre-productie van zijn project. Het was een kleine klus, maar erg leuk om met hem samen te werken.

En zo begon het een beetje. Ik rolde een beetje in de projecten, maar het was een rare overgang van school naar werken vanwege Corona.

Na die eerste klus ben ik met verschillende banen begonnen. Ik kreeg een baan bij een podcastbedrijf en begon de fotografieproductie te doen voor de Bijenkorf. Die laatste baan kreeg ik door mijn oude baas in Kaapstad waar ik stage had gelopen, dus al met al ging het vrij vlot.

Ik denk dat de grootste overgang was toen ik na een jaar besloot te stoppen met de podcaststudio. En toen moest ik ook nog stoppen bij De Bijenkorf omdat het hele budget werd afgebouwd. Dus ik ging van twee zeer grote stabiele klanten naar helemaal geen klanten. Dat was een zware periode en het was een worsteling om terug te gaan naar freelancen zonder klanten. Ik kreeg veel hulp van twee van mijn vrienden die ook freelancen. Ook zij ervoeren dat de laatste maanden zwaarder waren. Door de recessie werd er flink in alle budgetten gesneden. Het is een behoorlijk competitieve wereld is en er zijn zoveel geweldige mensen die freelancen. Het is moeilijk om op te vallen.

 

Je bent een bijzondere producer omdat je zoveel verschillende projecten in verschillende industrieën hebt gedaan. Ben jij er al achter wat jouw grote liefde is?

Ik denk dat ik nu steeds bewuster ben van wat ik echt leuk vind en wat niet. Ik weet niet of ik mijn grote liefde of passie al gevonden heb. Ook omdat ik nog niet alles heb gezien. Ik ga nu mijn eerste korte film ‘Boezemkring’ met Equs doen, dat heb ik nog niet meegemaakt. Dus ik kan niet zeggen dat ik er 100% zeker van ben dat ik het al gevonden heb.

Maar ik weet wel dat ik absoluut dol was op modefotografie bij De Bijenkorf. Ik zou graag aan meer modefotografieproducties willen werken. Maar op een grote set staan vond ik ook geweldig. Toen ik mijn stage in Kaapstad deed stonden we op set met een crew van 40, 50 en 60 man. En daarnaast geniet ik van het doen van producties in verschillende landen. Ik hou van fotografie en video, maar ook van het interdisciplinaire kunstproject dat ik deed met een sociaal en duurzaam karakter. Ik denk dat het moeilijke daaraan is dat je daar geld voor moet hebben. Op dit punt in mijn carrière zou ik graag wat meer financiële zekerheid willen hebben voordat ik zo’n project weer op me neem. Het kost veel tijd en energie en je moet ook je huur kunnen betalen.

Maar wie wat er nog gaat gebeuren? Misschien pak ik na deze film met Equs al mijn koffers en ga ik naar Hollywood. 

 

Je gaat nu de volgende korte film voor Equs film produceren genaamd ‘Boezemkring’. Je werkt daar met klinkende namen als Ronald Giphart en Dieuwertje Blok. In hoeverre is het belangrijk dat zeer ervaren mensen hun tijd en energie willen steken in projecten waar nieuw talent een kans krijgt?

Ik denk dat dat heel erg belangrijk is. Ik vind het belangrijk om een ​​mentor te hebben of iemand die je dingen kan leren zonder dat zij je als een bedreiging zien. En ik denk dat, ook al sta ik nog aan het begin van mijn carrière, als ik iemand kan helpen die ook in dit werkveld wil komen of vragen heeft, dan doe ik altijd mijn best om ze te helpen. Een vriendin van mij die freelancer is, was onlangs ziek en ze vroeg me wat werk voor haar te doen. Ondanks het feit dat zij meer ervaring heeft dan ik kon ik haar toch helpen. Dat vond ik heel mooi. Ook vind ik het heel belangrijk om op verschillende expertiseniveaus mensen in de branche les te geven. Misschien ook omdat mijn ouders allebei leraar zijn, vind ik het erg belangrijk om mensen te helpen te vinden waar ze goed in zijn.

Maar ik ben nog jong en ik moet nog zoveel leren. Zo zijn alle producenten ook zo verschillend. Zoals de manier waarop Muriël van Equs werkt of de manier waarop Martina werkt of met wie ik ook heb gewerkt, ze zijn zo verschillend. En het is zo leuk om te zien hoe ze werken en ook de dingen op te pikken die je in je werkstijl wilt opnemen. Het is leuk om niet alleen de theoretische dingen in het vak te leren, maar ook te leren hoe je dingen aanpakt of hoe je omgaat met lastige situaties.

 

Wat zou je beginnende producers/makers adviseren?

Werk aan zoveel banen als je kunt, blijf bescheiden en probeer zoveel mogelijk verschillende mensen te helpen om de manier te vinden waarop je graag werkt. Wees je tegelijkertijd heel erg bewust van je eigen grenzen omdat het best een stressvolle baan is. Veel crisismanagement, dingen gaan op het laatste moment mis en jij moet het probleem oplossen. Probeer dus je hoofd koel te houden. Probeer je eigen grenzen te respecteren. Als een project niet goed voelt, doe het dan niet. Of als je het gevoel hebt dat je geen tijd hebt om iets te doen, bedenk dan misschien of je het zou moeten doen. Ik denk dat dat een belangrijke les is. Zeg niet overal ja op met misschien daardoor een slecht resultaat, want daar wordt niemand gelukkig en jij ook niet. Soms kan het meer kwaad dan goed doen.

Je wilt dat mensen je herinneren als iemand die hard heeft gewerkt en goed werk heeft geleverd.

 

Wat is jouw mening over fouten maken?

Als iemand mij vorig jaar deze vraag zou stellen, zou ik zeggen dat ik de verkeerde catering had besteld. Ik dacht op dat moment dat dat een grote fout was. Maar achteraf gezien viel dat natuurlijk wel mee. Maar het is belangrijk om over fouten te praten. Het is een feit dat er soms iets mis gaat. Maar de vraag is dan: hoe heb je het opgelost? En wat heb je daarvan geleerd? Ik denk dat het goed is om ook over de minder leuke dingen te praten. Zoals de paar maanden dat ik geen werk had toen ik als freelancer begon. Er zullen momenten zijn dat je niet werkt of je dat je vaak wordt afgewezen. Maar het is belangrijk dat je vertrouwen krijgt in het hele proces en je eigen capaciteit. 

 

Dan de vraag van onze vorige blog geïnterviewden; Alexa en Joao van kortfilmfestival Shortcutz:

“Wat zou je over 20 jaar willen horen van andere mensen over je werk?”

Over 20 jaar zou ik graag willen dat mensen mij aanbevelen. Als iemand een grote productie heeft, dat ze dan eerste zeggen: ‘Oh, je moet Lisa bellen, want als Lisa aan het werk is, wordt alles opgelost, wordt alles geregeld. Het wordt een goede productie en iedereen gaat veel plezier hebben en het wordt ook een mooie productie”. 

En daarnaast wil ik ook dat ze mij herinneren om de andere projecten die ik heb gedaan die waardevol zijn met een sociaal of duurzaam karakter. Ik zou graag de komende 20 jaar meer projecten doen die gericht zijn op het menselijke aspect of het duurzame aspect. En ik hoop dat we tegen die tijd een brug hebben geslagen met verschillende kunstenaars en disciplines om mensen te laten zien dat je kunst kunt gebruiken om problemen in de wereld helpen op te lossen.

Lees meer

Het eerste filmkoppel voor onze blog: Alexa & Joao van SHORTCUTZ!!!

Alexa Rodrigues was een actrice in het theater en op tv in Portugal. Ze is ook een Geo-Resources Engineer met een post-bachelor als business analist. Ze werkte acht jaar voor de op twee na grootste bank van Portugal, BPI. Op een dag besloot ze te stoppen met het bedrijfsleven en ging ze aan de slag als producer voor een van de grootste ngo’s in Portugal: Chapitô. Dit is een organisatie die door middel van circuskunsten helpt bij de reïntegratie van jonge delinquenten in de samenleving.

Op een avond nam een ​​vriendin haar mee naar ‘Polvo’, Lissabon’s eerste netwerk voor filmmakers, en kort daarna begon ze de organisatie te helpen met de productie van evenementen. Bij Polvo ontmoette ze Rui de Brito, de grondlegger van het Shortcutz-concept. Daarnaast produceerde Alexa verschillende korte films en muziekvideo’s met Portugese filmmakers.

Alexa heeft de afgelopen jaren al haar ervaring en kennis gebruikt om Shortcutz Amsterdam from scratch op te bouwen. Ze organiseert ook de wekelijkse Sessionz en is co-host voor de jaarlijkse Shortcutz Awards. Alexa is mede-oprichter en uitvoerend producent van Shortcutz Amsterdam.

João Rodrigues is een toegewijde professional met een sterke achtergrond in filmregie, cinematografie en montage. Gedreven door zijn niet-aflatende passie voor het maken van films, besloot hij zijn studies camera en montage voort te zetten in plaats van zijn diploma Burgerlijk Ingenieur af te ronden.

De afgelopen 12 jaar heeft hij het voorrecht gehad om aan verschillende projecten te werken, waaronder muziekvideo’s, korte films, speelfilms, animatieseries en bedrijfsfilms. João heeft het geluk gehad erkenning en verschillende onderscheidingen te ontvangen voor zijn camerawerk en montagevaardigheden. Daarnaast heeft hij de eer gehad te zijn uitgenodigd als gastdocent aan de New York Film Academy in Amsterdam en Mumbai, waar hij zijn kennis en expertise heeft gedeeld met aspirant-filmmakers.

João is mede-oprichter en creatief directeur van Shortcutz Amsterdam, een platform dat zich toelegt op het stimuleren van creativiteit binnen de filmindustrie.

Jullie zijn de initiatiefnemers en eigenaren van Shortcutz Amsterdam maar jullie zijn beiden Portugees. Hoe is dat zo gekomen?

Het was tijdens de crisis in Portugal en alle projecten waar we aan werkten stopten. We dachten na over hoe de toekomst eruit zou zien. Mijn beste vriend woonde toen een paar jaar in Amsterdam en nodigde me uit om een ​​week naar Amsterdam te komen. Ik vond het geweldig toen ik hier was en ik vertelde Joao dat ik hier graag zou willen wonen. Alles ging heel snel en we hebben echt geluk gehad dat we heel snel een huis konden huren.

We wilden Shortcutz opzetten als een side-project terwijl we aan andere dingen werkten. Maar het project ging heel snel en we verzamelden veel enthousiaste mensen. In het begin vertelde iedereen ons dat er niet veel platforms waren met Q&A’s voor de nieuwe Nederlandse filmmakers, dat gebeurde alleen op de gerespecteerde festivals. En we hadden veel mensen die zeiden dat het waarschijnlijk niet zou lukken, maar vanaf het beginwas iedereen echt geïnteresseerd. Ik denk dat het ook komt omdat de Amsterdamse geest ‘cultuurnieuwsgierig’ is en iedereen wil weten wat er aan de hand is met het nieuwe Nederlandse talent. Filmmakers zelf waren geïnteresseerd om deel uit te maken van een kleine gemeenschap en ik denk ook dat dit het beste visitekaartje is voor de Nederlandse film. En daarnaast is Shortcutz echt toegankelijk. Het was belangrijk om het niet super intellectueel te maken, maar het echt leuk, informeel, vermakelijk en ontspannen te maken, zodat iedereen zich op zijn gemak voelt om vragen te stellen. Gasten zijn altijd verrast door het aantal vragen dat ze krijgen op de Q&A, wat niet gebruikelijk is op veel festivals. En ook belangrijk; het is gratis. Alle Shortcutz-steden doen het. Het maakt deel uit van de Shortcutz-regels om precies dit te doen. Shortcutz is als een visitekaartje voor de nieuwe makers van de volgende generatie.

Jullie zijn de twee meest gepassioneerde mensen over Nederlandse korte films. Wat is julliedrijfveer?

De missie van Shortcutz is om de jonge generatie filmmakers te helpen hun film te laten zien. Ons korte filmfestival is voor opkomend talent en filmliefhebbers dat creativiteit en de filmmakers community viert. Maar ook om mogelijkheden te bieden aan jonge Nederlandse filmmakers een publiek te bereiken en de Nederlandse cinema nationaal en internationaal op de kaart te zetten.

We willen ook kansen geven aan de filmmakers zonder filmopleiding. Soms is de weg een beetje lastig voor ze. Het goede aan de filmschool is dat ze je daar ook veel netwerkmogelijkheden bieden. Dus als je studeert, bouw je al contacten op met scenaristen en regisseurs. Als je geen filmschool hebt gedaan, dan heb je dit allemaal niet. En juist die mensen hebben een zetje nodig. We vinden het leuk dat ons festival ook voor hen een goed platform is geworden, een soort representatief platform.

Daarnaast hebben we filmmakers succesvol zien worden en dat is het meest lonende deel van Shortcutz. Een van onze winnaars, een regisseur, schreef zijn eerste Netflix-serie en heeft nu een zeer succesvolle film in de bioscopen draaien. Dat soort dingen maken het allemaal de moeite waard.

Hoe denk je dat een wekelijks filmfestival gericht op Nederlandse korte films bijdraagt ​​aan de lokale filmindustrie en haar makers?

Het is een geweldige mogelijkheid om te netwerken. In een van de laatste sessies hadden we bijvoorbeeld Blender, een 3D-software die wordt gebruikt voor animaties, en een korte animatie gemaakt met Blender en die mensen zijn met elkaar in contact gekomen. Voor de volgende film gaan de regisseur en Blender waarschijnlijk samenwerken. Kansen ontstaan ​​tijdens de sessies. Ik herinner me een keer dat er een gast was die een film promootte en in het publiek zat Christopher Mack van Netflix. Hij wilde die avond gewoon een paar films kijken, hij kwam opdagen en ze maakten contact en ‘magic happened’.

Shortcutz is een ontmoetingsplaats. Het gebeurt elke week. Als je op dinsdag niets te doen hebt, kun je misschien iets komen drinken en heb je uiteindelijk bekende acteurs of producers in het publiek.

Welke veranderingen zou je aanbrengen in de kortefilmindustrie om nieuw talent een betere kans te geven?

Misschien minder regels. Minder meningen over hun scripts, vooral als ze beginnen. Ik geloof dat als je een miljoen euro in een film stopt, het anders is. Maar als je een filmmaker bent en gewoon wat geld vraagt ​​om een ​​korte film te maken, dan kook je over van nieuwe ideeën. Te veel meningen of hen dwingen dingen te doen terwijl ze alleen maar aan het experimenteren zijn, zal hen op de lange termijn geen betere filmmakers maken.

Mensen zullen fouten maken. Dus laat ze. Hoe meer fouten ze maken, hoe sneller ze leren. En ze kunnen ook iets brengen dat je nog nooit eerder hebt gezien. En als je ze inperkt, krijg je nooit de kans om te zien wat ze allemaal hadden kunnen doen.

Vooral als ze proberen een budget te krijgen. Normaal gesproken geven de fondsen adviezen over de scripts hier in Nederland. En ik vind dat ze dat niet moeten doen als de regisseurs beginnen. Laat ze in het begin een beetje met rust en als ze dan floppen en falen, dan kun je ze alsnog coachen en begeleiden.

Wat voor advies zou je aankomende filmmakers geven?

Het eerste advies is om te accepteren dat het leven van een filmmaker een leven vol ‘nee’s’ is. Je hoort de hele tijd Nee. Het maakt niet uit op welk punt in je carrière je staat. In het begin hoor je niets van fondsen omdat ze nog nooit van je hebben gehoord. Leren om een ​​dikke huid te hebben zal je helpen.

Het tweede advies is: Doe wat! Stop niet met het voeden van je creativiteit. Hoe meer je je creativiteit traint, hoe beter het zal worden. Zoals Kubrick zegt, het maakt niet uit of je studeert of niet. Diep van binnen gaat het er uiteindelijk om wie door de muze wordt gekust. Wie heeft het idee? Dus het leven van een filmmaker is daarnaar op zoek te gaan. Dan heb je natuurlijk de kennis nodig om het door te zetten of omring je met mensen met de kennis om het door te zetten. Maar het doel is om gekust te worden door de muze.

En dan de kettingvraag van schrijver Milou Rohde: Wat zeggen de korte films van Nederlandse makers volgens jou over Nederland?

Ik zie veel films met droge humor en er is ook een heel grote trend van het surrealisme. En ik denk dat dat helemaal met de Nederlandse cultuur te maken heeft. Soms zie je het meest ontwapenende ding met het meest serieuze gezicht, en het is zo grappig. Ik denk niet dat de Portugezen dit voor elkaar kunnen krijgen zoals de Nederlanders. En ook daarom past het surrealisme zo goed bij het land. Ik denk dat dat de dingen zijn die Nederlanders heel goed op tafel kunnen leggen. De uitdagende eerlijkheid, dat is iets oer-Hollands.

Shortcutz mag de kettingvraag stellen voor de New Talent-filmmaker van volgende maand; Lisa Ruseler. Lisa Ruseler’s biografie vermeldt een achtergrond in video, fotografie en andere kunstvormen.

Wat zou ze over 20 jaar willen horen van andere mensen over haar werk?

Lees meer

EQUS FILM IN CANNES EN HET PRINSDOM SEBORGA IN ITALIE

Als je als korte film producent aan zo’n gigantisch project begint als een internationale speelfilm, dan kan je maar een ding doen en dat is denken als Pipi Langkous: ‘ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk dat ik het wel kan.’
Het kick-off event van onze feature film ‘cooking up a country – the movie’ was een fantastisch evenement waarbij het hele dorp van het prinsdom Principato di Seborga in Italie samen kwam om de delegatie van hooggeplaatste film gasten die we hadden opgehaald op het Festival de Cannes, waaronder de producer van ’the King’s speech’ Mark Foligno, Vice president International Business at Huanxi media Honglin Jia, CEO Filmmore Remco Mastwijk, Hoofd productie van de Ligurische filmcommissie Roberto lo crasto en Italiaanse producent Angelo Bassi, welkom te heten in het prachtige Ligurie en om ze te laten zien en proeven wat de setting van onze film zal zijn.
Aanstichter van dit alles is de schrijver James Vasey – author of The Seborga Trilogy die met zijn boek ‘Cooking up a country’ ons inspireerde om dit boek te verfilmen. Met een geweldig team hebben we laten zien waar een klein dorp goed in kan zijn en dat het een verhaal is dat de hele wereld moet gaan zien. Wij gaan met de toezeggingen die er gedaan zijn door onze gasten de volgende fase in.
Stay tuned via www.cookingupacountrythemovie.com

Een speciaal bedankje voor de Royal guards of Seborga, de tempeliers en uiteraard Her Serene Highness princes Nina Menegatto die dit project volledig ondersteund.

Foto’s van koninklijke fotograaf KaidiPhotography

Lees meer

STEPPING OUT OF OUR BOX

We zijn al een hele lange tijd achter de schermen bezig met een enorm grote productie. Een grote internationale speelfilm en dat is niet iets wat we bij Equs Film normaal doen. Maar als je de kans krijgt om de filmrechten te verwerven van een prachtig boek dat zich afspeelt in een real-life prinsdom op een van de mooiste plekjes in Italie, dan kan je die kans niet lagen liggen. Tijdens het filmfestival Cannes zal een delegatie van internationale film producenten en andere belangrijke filmmakers het Italiaanse dorp Seborga en prinses Nina Menegatto ontmoeten om met eigen ogen de prachtige setting van deze film te aanschouwen. En dat is niet ongemerkt gebleven in de Italiaanse pers.

Photographie by Royal photographer @Kaidi-Katariin Knox / Principato di Seborga

https://www.sanremonews.it/2023/05/18/mobile/leggi-notizia/argomenti/altre-notizie/articolo/seborga-progetto-per-far-diventare-il-principato-nel-set-di-un-film-domenica-arrivano-i-produttori.html

 

 

Lees meer

Milou Rohde

Milou Rohde (26 jaar) studeerde in 2019 af aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht met de korte film MOFFENMEID (2019, co-scenarist en regisseur Raymon Hilkman). De film won de Vers Awards 2019 publieksprijs en was o.a. geselecteerd voor het Nederlands Film Festival, Movies That Matter en GoShort. Haar eerste korte film na het afstuderen was de internationaal geprezen VLEKKELOOS (2021, regisseur Emma Branderhorst), waarmee ze de Mr. Zee Beste Scenario prijs heeft gewonnen. Ook heeft de film meerdere prijzen mee naar huis mogen nemen, waaronder de Kristallen Beer voor Generation Kplus beste korte film, de Grand Prix voor Regard Film Festival 2022 en was het de Nederlandse korte fictie film inzending voor de Oscars. Haar laatste korte film MANNENAVOND (2022, co-scenarist en regisseur Raymon Hilkman) was in samenwerking met BNNVARA ontwikkeld en online in première gegaan voor 3LAB. Ze ontwikkelt nu mee aan een High-End serie voor de KRO-NCRV met Pupkin en is samen met Rosita Wolkers en BIND film geselecteerd voor de eerste ronde van de Telefilm.

Milou gebruikt haar nieuwsgierigheid om scenario’s te schrijven. Het liefst vertelt ze verhalen over onderbelichte onderwerpen, vaak vanuit een vrouwelijk perspectief. Met haar werk onderzoekt ze de complexiteit van menselijke emoties en interacties, die niet altijd eenduidig zijn. Door opzoek te gaan naar luchtigheid binnen situaties maakt ze haar verhalen behapbaar voor de kijker.

Je bent een schrijfster met een duidelijke aandacht voor vrouwenzaken. Waarom vind je dat belangrijk?

In mijn pubertijd ontstond mijn interesse voor het feminisme. Ik ben hier veel over gelezen en mij erin verdiept. Daarnaast viel het mij op dat in films en series mannenfiguren en hun problemen centraal zetten. Al het beeld is gericht op de man. Het leven leek belicht te worden vanuit het mannelijk perspectief, zonder ruimte te geven aan de ervaringen van de vrouw.

Vind jij de korte film industrie in Nederland representatief voor het talent dat er is?

Ik denk dat Nederland een goede plek is voor korte film; er zijn diverse platformen, met verschillende stijlen en een diversiteit van makers. Er wordt naar mijn idee veel geëxperimenteerd met korte film, je heb meer de ruimte om wat te proberen en te falen. Er is veel durf en ambitie. Iets wat Nederlandse speelfilms wel vaker kunnen gebruiken. In de korte film industrie, net zoals alle plekken van de film industrie, moet je veel  geduld hebben. Een lange adem hebben dus.

Wat voor veranderingen zou jij in de korte film industrie doorvoeren om nieuw talent als jezelf een betere kans te geven?

Ik heb daar niet echt een mening over. Ik heb meerdere projecten mogen doen sinds ik 4 jaar geleden ben afgestudeerd. Ik heb al mooie kansen gekregen en ben daar mee aan de slag gegaan. Soms wanneer je midden in het proces zit, zie je niet dat het een kans is. Vaak heb je dat pas achteraf door.

Je hebt samen met Raymon Hilkman een prachtig scenario geschreven over moffenmeiden. Equs-Film heeft dat mogen co-produceren. Hoe heeft deze film jou geholpen in jouw carriere?

Ik ben nog steeds heel trots op Moffenmeid. Het schrijftraject met Raymon heeft mij veel geleerd. Iets wat ik nu altijd meeneem in mijn schrijfproces is vanuit welk perspectief vertel ik het verhaal? Is een ander perspectief interessanter? Dit heeft Moffenmeid gebracht. Daarnaast denk ik dat het een mooie film is om je eerste stappen te zetten binnen de filmindustrie, een prachtige start van mijn carrière.

De juiste (co)producent kan veel productionvalue brengen aan een project, zeker voor een film als Moffenmeid. En Equs film was net zo ambitieus als Raymon, waardoor er een betere film uit is gekomen.

De film ‘Vlekkeloos’ waar jij het scenario voor schreef doet het heel erg goed op de festivals. Wat is jouw advies aan Nieuw Talent die graag jouw pad zouden aflopen?

Je moet blijven geloven in jezelf, in jouw stem, in jouw werk en uiteindelijk kom je er dan echt! Blijf verhalen delen en schrijven. Natuurlijk voelt het soms zeer scheef om je filmportfolio te mogen vullen, mooie films te maken met aanzien en er niet van rond kunnen komen. Daar worstel je soms wel mee, ik ook. Ik werk parttime in de bibliotheek om te leven en dat is ook leuk. Neem je tijd, heb geduld. Het komt goed.

En dan de kettingvraag van creatief producent en entertainment consultant in Hollywood Marieke Oudejans.

Milou; je legt de nadruk op maatschappelijke en onderbelichte verhalen, vaak vanuit de vrouwelijke beleving. Een heleboel onderwerpen zijn nog onderbelicht; dat heeft te maken met het mannelijke perspectief dat we meekrijgen. Er zijn bijvoorbeeld een heleboel baarmoederziektes die veel te laat gediagnostiseerd worden, zoals Endometriose.  Ook ik vind het interessant om te schrijven over de grijze gebieden omdat niet alles zo zwart/wit is als mensen het proberen te maken. Mijn vraag aan jou is dan ook; Welk verhaal moet in dit verband absoluut nog verteld worden?

En een persoonlijke vraag: Als je één aspect uit jouw eigen leven tot een volgend scenario zou verwerken, welk thema of verhaal zou dat zijn?

Milou: Als filmmaker zijn mijn eigen ervaringen toch grote beïnvloeders in mijn werk. Op dit moment bevinden wij ons, als familie in een soort pre-rouwfase: mijn stiefmoeder heeft een erfelijke hersenaandoening, ziekte van Huntington; dit weten we al lang. Het is een slopende ziekte waarbij je hersenen teveel eiwitten aanmaken. Vlak voor de zomer zal zij afscheid van het leven mogen nemen. Rouw voelt intens onwerkelijk en ook fascinerend. Ik verwacht dat er een moment zal komen dat deze ervaring ook mijn stem zal krijgen en als verhaal naar buiten komt.

En dan de kettingvraag van Milou aan het meest belangrijke duo in Nederland voor de korte film, de eigenaren van Shortcutz Amsterdam; Alexa en Joao!

Wat vinden jullie dat de korte films van Nederlandse makers vertellen over Nederland?

Lees meer

Filmmaker van de maand; producent en entertainment consultant in Los Angeles MARIEKE OUDEJANS!!!

Marieke Oudejans is creatief producent en entertainment consultant in Los Angeles waar ze afstudeerde aan het MFA Producers Program van UCLA. Met haar productiebedrijf Mphasis Productions bedient ze een breed scala aan internationale tv en film cliënten die in de VS komen filmen. Daarnaast ontwikkelt en realiseert ze eigen films en documentaires, en geeft ze zakelijk en inhoudelijk advies aan entertainment professionals met Hollywood ambities.

Als freelance journalist is ze bovendien regelmatig actief als verslaggever, moderator en presentatrice van events. In 2010 richtte ze met het Consulaat in San Francisco de Holland Hollywood Connection op: een netwerkorganisatie voor Nederlandse Entertainment professionals die in of met Amerika werken. In haar eerste loopbaan werkte Marieke als afgestudeerd Politicoloog (UvA) enkele jaren bij (o.a.) de Immigratie- en Naturalisatiedienst, waar “het verhaal” vaak de grondslag vormde voor beslissingen en beleid. De wens belangrijke verhalen een breder platform te geven, stond centraal bij haar eigen beslissing om naar Hollywood te verhuizen.

http://www.mphasisproductions.com/

Je bent creatief producent en entertainment consultant. Wat heeft je doen besluiten in die wereld te stappen? 

Ik heb lang op twee gedachten gehinkt. Aan de ene kant trok de film-en toneelwereld mij enorm, aan de andere kant wilde ik graag studeren.

Ik heb vanaf jongs af aan veel tijd in het theater doorgebracht. Mijn moeder is toneelactrice, ik kreeg veel mee van de wereld voor en achter de coulissen. De vonk voor film sloeg over tijdens mijn middelbare school. Toen kreeg ik de kans om twee weken mee te spelen in een Amerikaanse speelfilm van Robert Altman. Deze werd in Nederland opgenomen. Ik was aanvankelijk een van vele figuranten, totdat ik werd gecast als edelfigurant en mee mocht naar de volgende locatie. Daar werd ik als het ware onderdeel van de cast. Zo kreeg ik goed zicht op het hele proces en rechtstreeks contact met de regisseur. Die nodigde me uit om naar de rushes te kijken. Ik denk dat daar de echte liefde voor film is ontstaan.

Maar uiteindelijk ben ik toch ook Internationale Betrekkingen gaan studeren in Amsterdam.

Je bent nu werkzaam in de heilige graal van film: Hollywood! Hoe ben je daar terecht gekomen?

De allereerste aanleiding was mijn bezoek aan het Cannes filmfestival waar de film van Robert Altman zou draaien. Na mijn eindexamen studeerde ik een jaartje in Montpellier. Vandaar ben ik met een studievriend naar Cannes gelift in de hoop de film te kunnen zien. Het was een spontane ingeving, we hadden geen cent en geen verblijfplaats voor ogen. Na een oncomfortabele rit op een varkenstruck stond ik wel binnen een paar uur letterlijk in een cocktailjurkje op een receptie met Isabella Rosselini. De internationale filmwereld leek opeens binnen handbereik.

Drie jaar later ging ik opnieuw, dit keer met een toneelvriendin, weer liftend, nu vanuit Amsterdam. We ontmoetten veel interessante mensen en raakten bevriend met een Amerikaanse producent die ik tien dagen lang de oren van zijn hoofd heb gevraagd over alle zakelijke aspecten van het filmmaken. Hij nodigde me uiteindelijk uit om stage te lopen bij de speelfilm die hij het jaar daarop in LA zou gaan draaien. Dit was allemaal nog tijdens mijn studie Politicologie.

Die periode in LA was een ongelooflijke eenzame maar ook leerzame tijd. Ik werd feitelijk aan mijn lot overgelaten in een kille macho omgeving waar niemand zat te wachten op enige creatieve inbreng van een Hollands meisje. Hoe anders was dat op de UvA! Maar ik hield mijn oren en ogen open, werkte keihard en gaf toch ongevraagd mijn mening waarmee ik gaandeweg een plekje wist te verwerven. Uiteindelijk vonden ze het jammer dat ik weer vertrok. Daar is het gevoel ontstaan dat ik in LA een kans zou hebben als ik ervoor zou gaan.

Na mijn studie werd ik ambtenaar bij de IND in Den Haag. Ik had beslis- en later internationale beleidsfuncties binnen het asieldomein en was altijd met verhalen bezig. Je zou kunnen zeggen dat de liefde voor verhalen de rode draad is in mijn loopbaan. Ik hoorde honderden verhalen van mensen die waren gevlucht uit hun slechte leefsituaties, tot in het diepste detail. Verhalen die het waard zijn om verteld te worden. Naarmate mijn verantwoordelijkheden op het werk toenamen, werd het steeds moeilijker om nog ruimte te vinden voor mijn passie voor film. Uiteindelijk dacht ik ’het is nu of nooit’! Als ik langer wacht ben ik zo gesetteld in Nederland dat ik het niet meer ga doen. Ik heb mijn baan opgezegd en ben gegaan.

Hoe heb je dan daar je weg gevonden?

Het was op zijn minst uitdagend. Je hebt een grote dosis toewijding, overtuiging en drive nodig. Na een lange voorselectie was ik blij verrast om te horen dat ik met elf anderen uit honderden aanmeldingen was uitgekozen voor het MFA Producers Program aan de UCLA School of Theater, Film and Television. Maar nu moest ik nog zien te overleven in een land waar ik niet mocht werken terwijl ik een onbetaalbare studie ging doen. De VandenEnde Foundation bleek bereid mij een beurs te geven gebaseerd op het kaliber van de opleiding en alle stukken die ik ter motivatie en toekomstplanning had aangedragen. Ik vond het ongelooflijk bijzonder dat zij met mij in mijn droom durfden geloven. Ze hebben mij financieel enorm gesteund, maar ook mijn moraal een boost gegeven.

Op een gegeven moment kan er een soort positief domino effect ontstaan. Wanneer had jij het gevoel in beweging te komen?

Dat begon eigenlijk al toen ik werd aangenomen op het Producers Program. Ik kreeg daar les van echte topmensen uit de industrie: de voorzitter van 20th Century Fox, het hoofd Marketing van Dreamworks, Oscar-winning independent producers, de financiële en legal experts van grote filmstudios, agents, managers, distributeurs enzovoort. Er lag een grote nadruk op verhaalontwikkeling en pitchen, we leerden alles over “packaging” en schreven eindeloos “story notes”. We lazen tientallen scripts die we tot op de zin ontrafelden. En we werkten aan echte projecten. Mijn mentor Fred Roos (producent van o.a. alle Coppola films) bood aan samen een speelfilm te produceren. Een niet te omschrijven kans. Ook werd ik geselecteerd voor een stageplek bij de Oscars. Die had ik altijd trouw gevolgd, midden in de nacht voor mijn televisietje in Amsterdam. Nu stond ik zelf vier maanden lang de producenten bij. Dat was een hele bijzondere maar ook rare gewaarwording. Ik moest mezelf regelmatig in de wangen knijpen. Tegelijkertijd begonnen er opdrachten binnen te komen vanuit Nederland. Ik kwam in de fase dat ik parttime mocht gaan werken binnen het vakgebied van mijn studie. Ik ben items gaan aanleveren voor programma’s in Nederland en gaan schrijven voor bladen; vanuit daar ging het stromen.

Inmiddels heb ik een uitgebreid palet aan activiteiten en opdrachtgevers. Hoewel er momenteel veel aanvragen binnenkomen, richt ik me dit jaar ook sterk op eigen projecten: o.a. een documentaire en een project gebaseerd op een pakkend boek waar ik me net aan heb verbonden. Daar ben ik heel enthousiast over.

Je bent ook Voorzitter van de Holland Hollywood Connection. Wat is dat?

De Holland Hollywood Connection heb ik samen met het Consulaat in San Francisco opgericht. Het is een organisatie, inmiddels verzelfstandigd, die Nederlandse entertainment professionals ondersteunt met adviezen en contacten binnen Hollywood. Uit de inhoudelijke events, de netwerkgelegenheden en het mentorprogramma dat we de eerste jaren boden zijn veel mooie kansen en samenwerkingen voortgevloeid.

In dat opzicht is het wel vergelijkbaar met wat Equs doet. Equs is een veel breder platform en richt zich op aankomende filmmakers om zichtbaarheid te geven aan hun talenten. Maar beide initiatieven zijn gericht op het delen van het netwerk om zo in de industrie op gang te kunnen komen.

Denk jij dat de korte film als aparte industrie belangrijk is als springplank voor nieuw talent?

Ja zeker. Je hebt nu veel meer platforms om je werk zelf naar buiten te brengen en internationaal zichtbaar te maken. De korte film leent zich hier uitstekend voor. Denk bijvoorbeeld aan Vimeo waar je als Staff Pick een extra stempel van goedkeuring (en dus veel extra views) kan krijgen. Ik heb zelf een korte docu geproduceerd die is opgenomen in de Op-Docs serie van de New York Times. Zo heb je er opeens een heel groot publiek bij. En dan zijn er nog alle festivals wereldwijd met korte film competities. Korte films zijn bovendien een uitstekende manier om een team op te bouwen waarmee je hopelijk een lange toekomst tegemoet gaat, en het is een goede indicatie van wat je in je mars hebt. Als je in weinig minuten met beperkte middelen een ijzersterk verhaal kan neerzetten, zegt dat veel over jouw kwaliteit als filmmaker.

Wat is je advies voor nieuw talent dat haar/zijn carrière graag internationaal zou willen uitbreiden?

Ga veel leren en ervaringen opdoen. Maak films, en maak deze zichtbaar. Investeer in je internationale netwerk. Volg internationale cursussen en opleidingen. Ik geloof enorm in de kracht van filmschool. Je krijgt niet alleen les, maar je smeedt daar ook je eerste samenwerkingsverbanden, niet alleen met medestudenten maar ook met docenten en mentoren. Ook leer je multidisciplinair te werken en dat is een verrijking voor je vak. Aan UCLA volgden we als producenten de development lessen samen met de scenarioschrijvers waardoor we van meet af aan leerden om samen ideeën en projecten te ontwikkelen. We werkten ook regelmatig samen met de andere disciplines binnen de film- en theaterschool. Mijn eerste projecten ontstonden daar.

Maar het belangrijkste is dat je zelf je kansen moet creëren, deuren moet zoeken en die moet durven open te trappen. Dat past goed bij de mentaliteit van de Amerikanen: je wordt gestimuleerd om te geloven in je gekke dromen. Je hoeft hier niet vanuit nuchterheid te denken.

En dan nog de kettingvraag van Nieuw Talent Ayla van Kessel:

Wat kunnen beginnende filmmakers leren van de ‘up and coming’ in Amerika en de cultuur daar?  

Wat zij specifiek van de Amerikanen kunnen leren is om meer kennis te nemen van de zakelijke kant. Ik merk regelmatig dat filmmakers hier met een mooie korte film komen, bijvoorbeeld dankzij een festival selectie, maar dat ze vervolgens niet goed weten hoe ze dat succes kunnen gebruiken om verder te komen. Dit geldt ook voor bijv. scenarioschrijvers, filmcomponisten en acteurs: Hoe maak je je talent zichtbaar? Hoe zorg je ervoor dat je netwerk zich aan jouw project verbindt? Ik heb hier veel acteerlessen gevolgd en daarbij was “the business of acting” altijd een vast onderdeel. Talent is een voorwaarde, maar uiteindelijk is het toch de combinatie van talent en zakelijkheid waarmee je jezelf in de kijker kan spelen.

Volgende maand interviewen we Nieuw Talent en schrijfster Milou Rohde. Wat zou je haar willen vragen?

Milou legt de nadruk op maatschappelijke en onderbelichte verhalen, vaak vanuit de vrouwelijke beleving. Welk verhaal moet in dit verband absoluut nog verteld worden?

En een persoonlijke vraag: Als ze één aspect uit haar eigen leven tot een volgend scenario zou verwerken, welk thema of verhaal zou dat zijn?

Lees meer

HET/ONS NIEUWE TALENT REGISSEUR AYLA VAN KESSEL!!

Eigenzinnige vrouwen op zoek naar vrijheid – dat is een terugkerend thema in Ayla’s films. Ayla van Kessel is scenarist en regisseur. Ze heeft een aantal kleine producties ook zelf geproduceerd en een libretto geschreven voor een kameropera die in 2024 de planken op gaat. Pas na haar studie Internationale Betrekkingen vond ze haar passie voor filmmaken en in 2017 werd ze aangenomen aan de Nederlandse Filmacademie. Op dit moment is ze bezig met een community film gebaseerd op een toneelstuk van Bertolt Brecht. En binnenkort start Equs Film de productie van de korte film “Boezemkring”, geschreven door Ronald Giphart en zijn dochter Tip Lammes, die Ayla zal regisseren.

Je hebt een bijzonder voortraject gelopen voordat je in de filmwereld terecht kwam. Hoe verliep dat pad?

Ik heb Internationale betrekkingen in Groningen gestudeerd, maar ik was altijd veel bezig met toneel en muziek maken en keek veel films. Toen ik mijn studie had afgerond was mijn vooruitzicht een kantoorbaan. Dat vooruitzicht trok me niet zo aan en daardoor ben ik gaan nadenken over hoe ik met mijn studie ook iets creatiefs kon doen. Dat heeft me op het pad gezet van de filmacademie omdat ik graag verhalen wilde vertellen.

Verhalen vertellen vind ik iets ontzettend moois. Je leeft je in in degene met wie je je identificeert, maar tegelijkertijd ook in de andere personages. Ik denk dat film (kijken en maken) een mens meer empathisch maakt. Ik ben zelf ook veranderd omdat ik me als maker moet inleven in allerlei verschillende personages. In mijn studietijd had ik een duidelijke mening en ideologie, maar ik benader mensen nu denk ik met minder oordelen omdat ik me meer inleef in de verschillende levens van allerlei mensen.

Wat is het moeilijkste als je nog naam wilt maken in deze industrie?

De mogelijkheid om te laten zien en bewijzen wat je in huis hebt.

In mijn tweede jaar op de filmacademie ben ik gesteund door een docent om een eigen project te gaan doen. Ik schreef een kort scenario over WOII verzetsstrijder Hannie Schaft (‘het meisje met het rode haar’). Samen met een toffe crew van studiegenoten en filmapparatuur van de academie heb ik de korte film vervolgens zelf geproduceerd en geregisseerd. Dit was voor mij een belangrijke test om te zien of dat wat ik in mijn hoofd had ook kon overbrengen naar het scherm. Ik kreeg de smaak enorm te pakken.

Het mogelijk maken en financieren van eigen films verschilt per project. In Zandvoort, waar ik woon, heb ik bijvoorbeeld een project voor elkaar gekregen via het Fonds voor Cultuurparticipatie en de lokale gemeente. Ik probeer elke keer op creatieve manieren de middelen vinden. Maar volgens mij blijft dat zo, ook als je wat meer gevestigd bent.

Jij gaat de volgende korte film van Equs Film regisseren die door dé Ronald Giphart en zijn dochter Tip geschreven is. Je hebt zelf ook nog mee geschreven aan het verhaal. Wat trok je aan in dit project? 

Vanuit Equs was er een oproep voor vrouwelijk regisseurs. Eerste vereiste was om een regievisie te schrijven. Dat heb ik gedaan en daarna volgde er een gesprek. Mijn visie bleek aan te sluiten op wat Equs en Ronald Giphart en Tip ermee wilden doen. Het is best een actueel onderwerp dat wordt aangesneden en daar hou ik van.

Het verhaal gaat over meerdere generaties vrouwen binnen een fictief damesdispuut dat 55 jaar geleden is opgericht om bepaalde conventies te doorbreken en op te komen voor de vrijheid van vrouwen. De film gaat over de verschillen tussen de oudere alumni van het dispuut en de huidige, jonge leden. Welke conventies zijn er nu om te doorbreken? En zijn de jongere meiden alert op het feit dat ze zelf misschien wel nieuwe conventies in het leven roepen? We leven nu in vrijheid en gelijkheid, maar vaak houden we alsnog onszelf en elkaar klein. Dat thema sprak mij aan. Het is een uitdagend script om te verfilmen met veel actrices tegelijk op de set.

Waar kan een bedrijf als Equs nieuw talent het beste mee helpen volgens jou?

Zij bieden de mogelijkheid aan makers die niet zelf alle middelen hebben om een productie neer te zetten. Samen deze film maken is voor mij een enorme stap. In de scenariofase heb ik inderdaad wat suggesties gedaan en meegeschreven. De feedback die ik kreeg dat het script hiermee echt verder is gekomen, geeft mij het gevoel dat ik aan het doen ben wat ik kan. Alleen dat al is een bevestiging, door het enorme vertrouwen dat ze mij geven.

Ik voel mij gesterkt door hun energie en hun netwerk en doordat ik onderdeel word van een productiebedrijf dat veel ervaring heeft. Ik geloof erin dat als je vertrouwen geeft, iemand beter wordt. Als je daarentegen ontzettend kritisch wordt bekeken, dan kun je ook niet je beste werk laten zien. Je wordt bij Equs omarmd en ze geloven in je.

Jonge makers in de filmindustrie zijn vaak al geholpen met een beetje geld. De subsidies die er voor filmproducties zijn, zouden misschien wel op een andere, vrijere manier verdeeld kunnen worden. Hoe mooi is het om meerdere potjes te hebben om in te zetten op goedkopere projecten zonder allerlei voorwaarden. De industrie kan verrast worden door nieuwe mensen en visies en de projecten stimuleren ontplooiing.

Waar ben je nu mee bezig?

Op dit moment werk ik met een leergierige toneelvereniging aan een film van dertig minuten, geïnspireerd op het toneelstuk De Goede Mens van Sezuan uit 1940 van Bertolt Brecht. Het wordt een modern sprookje waarin drie goden neerdalen op aarde om uit te zoeken of er nog wel goede mensen bestaan. Ik heb het stuk van Brecht bewerkt en naar de actuele tijd geschreven. Het gaat nu onder andere over de hoge energierekeningen en mensen die de kachel niet aan durven te doen. De vraag die door Brecht wordt opgeworpen is of je een goed mens kunt zijn en blijven in het geval van armoede en tegenslagen. Dit project is heel leuk om te doen door al het enthousiasme van de spelers en crew. Op 1 april gaat de film in première (geen grap!).

Wat zijn je ambities voor de toekomst?

 Ik wil graag scripts schrijven die op een bepaalde manier betrekking hebben op de huidige tijd. Daarmee verjaart een script best snel. Je schrijft iets geïnspireerd op wat er nu speelt maar voordat je financiering hebt kunnen regelen, is het momentum misschien alweer voorbij.

Ik ben nu bijvoorbeeld een paar jaar bezig om een roadmovie te realiseren die gaat over een jong stel dat buiten de maatschappij wil leven, in het gangbare systeem voelen ze zich nergens thuis. Het is geschreven vanuit een fase waarin ik zelf zat. De spontaniteit van een verhaal vertellen kan potentieel helemaal uit een film worden gezogen als er lange tijd tussen het idee en de realisatie zit. Mijn ambitie is dan ook dat de ideeën die ik heb een soort van vaart krijgen. Dat van de kiem van het idee naar de uitvoering op het grote doek in een veel kortere periode gebeurt. Ik weet niet of het haalbaar is, maar dat zou ik wel fantastisch vinden!

En nog de kettingvraag van geluidsman Olivier Rekers:“Ik zou graag willen weten waar Ayla haar leukste en meest ontroerende anekdote heeft opgedaan in de filmindustrie? Ik bedoel dan een specifiek voorbeeld wat haar het meest is bijgebleven. Want op de set en in de filmindustrie zijn altijd hele leuke verhalen.”

Wat mij misschien wel het meest ontroert zijn de momenten dat je ontdekt dat je een creatieve, bijzondere klik hebt met iemand. Het gebeurt bij mij geregeld tijdens repetities, als acteurs voor het eerst de tekst uitspreken, een personage eigen maken.

Een specifiek voorbeeld van een creatieve klik was tijdens de postproductie van Eredaad (de korte fictiefilm over Hannie Schaft). Ik had componist en violist Ernst Spyckerelle gevraagd om de muziek te schrijven. Hij stuurde een eerste versie toen ik op een hele drukke plek was, ik zat tussen allerlei mensen. Maar ik kon niet wachten en heb in volle concentratie geluisterd met koptelefoon op. Zat ik daar als eilandje in de drukte te luisteren naar muziek die recht mijn hart inkwam. Zijn muziek trok de film naar een hoger niveau. Onze smaak sloot op elkaar aan. Je kunt niet zomaar iedereen bij je project vragen, het is belangrijk om een creatieve klik te hebben. Onze samenwerking heeft een vervolg gekregen toen Ernst mij vroeg om het libretto te schrijven voor zijn kameropera. Die mag ik regisseren en komt volgend jaar in de theaters. Ontroering komt dan toch op onverwachte momenten…

En dan nog jouw vraag aan Hollywood presentatrice en producer Marieke Oudejans.

Wat kunnen beginnende makers in Nederland leren van de upcoming filmmakers in Amerika? Wat trekt jou zo aan aan de cultuur daar?

Lees meer

Uitsmijter van het jaar; geluidsheld Olivier Rekers!!!

IN THE BEGINNINGS met deze maand het Ervaren Talent geluidsman Olivier Rekers.

Olivier Rekers (1982) is sinds 2007 actief als freelance geluidsman voor film. Zijn universitaire opleidingen, Biologie en Psychobiologie heeft hij inmiddels achter zich gelaten. Wat als een hobby begon is inmiddels een bloeiende carrière geworden.  Olivier richt zich zowel op setgeluid, als postproductie/sounddesign  (fictie, documentaires en commercieel). Hij werkte o.a. voor de NPO, RTL, Disney/Fox en Netflix. En commercieel gezien ook voor o.a. Coolblue, ABN Amro en Aegon.

 – Welke hulp was voor jou cruciaal voor je carrière?

In het begin heeft mijn vriend Jur Oster geholpen, ik zie hem als een broertje. Specifiek in deze branche heeft hij mijn eerste klussen bezorgd. Eigenlijk heb ik van mijn hobby mijn werk gemaakt. Jur was destijds cameraman maar ook producent van filmprojecten. Hij wist dat ik in mijn vrije tijd bezig was met het bewerken van geluid en gaf aan dat hij mij wel wilde inzetten. Ik heb mij toen ingeschreven bij de kamer van Koophandel en daar is het eigenlijk allemaal mee begonnen. Wat betreft het leren van dit vak ben ik een persoon die niet snel iets vraagt, maar het liever zelf doet. Het meeste heb ik dus zelf uitgevonden en uitgevogeld.

Mijn carrière heeft ook een sprong gemaakt toen ik mijn vriendin heb ontmoet. Zij is actrice en kent dus het reilen en zeilen op een set. Zij snapt dus goed als ik soms moet overwerken. Als geluidsman wordt er op de set niet altijd rekening gehouden met je omdat je altijd onder de cameraman en de regisseur werkt. En je wordt vaak pas ergens bij gevraagd als een locatie al is gekozen. Dan hoor je bijvoorbeeld op deze locatie allemaal geluiden van vrachtwagens en dan ben ik degene die er achteraf op wordt aangekeken. Dit is wel eens frustrerend en dat kan ik bij mijn vriendin goed ventileren omdat ze in dezelfde sector werkt.

Ook mijn moeder was belangrijk voor mijn carrière. Ik ben blij dat ze niet helemaal overstuur is geworden toen ik met mijn studie ben gestopt. Ze was er niet heel blij mee, maar ze heeft mij niet keihard de wind van voren gegeven. Dit denk ik mede door het feit dat zij zelf ook ondernemer was en haar eigen spoor heeft gekozen. Het ondernemende deel heb ik van mijn moeder meegekregen.

En mijn vader was fotograaf. Misschien dat die creativiteit hierdoor enigszins in mijn genen zit. Ik ben toen ik jong was door hem meegenomen naar filmopnames en hij heeft me een handycam gegeven toen ik een jaar of zeven was. Hierdoor ging ik eigen scripts schrijven en verhalen produceren en daar is het zaadje wel geplant.

– Waar ben je zelf het meest trots op?

Ik heb niet persé een opdracht of een project waar ik trots op ben, ook omdat ik er niet van hou om mijzelf een schouderklopje te geven. Ik vind het wel goed dat ik zonder vooropleiding sta waar ik nu sta en doe wat ik doe. Ik ben klein begonnen, maar inmiddels heb ik voor elke NPO zender, Netflix en ook Amazon gewerkt.

Maar waar ik vooral trots op ben is dat ik nu veel klussen krijg met een maatschappelijke insteek. Ik heb een zegen dat ik goede betaalde klussen doe, waardoor ik ook klussen kan doen voor minder geld, die bijdragen aan de maatschappij.

De filmwereld is erg dichtgetimmerd en bestaat veelal uit witte mannen. Ik ben ook blij dat ik met juist andere filmmakers samenwerk, met andere achtergronden en culturen. Een specifiek project waar ik trots op ben en waar ik twee jaar geleden aan mee  heb gewerkt is de  documentaire: “Portret van een mislukt schrijver”. Deze is gemaakt door Joris Koptod Nioky, net als ik ook een jongen zonder opleiding en dat vond ik heel tof. Deze documentaire heeft op het Nederlands Filmfestival de filmprijs Utrecht gewonnen en daar ben ik best trots op.

– Wat is je grootste les geweest?

Geluid is politiek. Je kunt prachtige spullen hebben, je kunt alles helemaal hebben voorbereid, maar je bent ook afhankelijk van het team. Vroeger dacht ik: “Het is een beroep en je gaat aan de slag, hup je doet je ding!” In de praktijk moet ik met de cameramapersoon of gaffer (lichtpersoon) overleggen wat zij/hij gaat doen. Dat is de grootste les voor mij. Door dit soort uitdagingen is het werk elke keer anders. Ik ben niet alleen mijn trucje aan het doen, maar ik ben aan het managen zodat ik het beste geluid krijg. Dit is ook wat mijn werk leuk maakt, namelijk elke keer de uitdaging aangaan met het team (politiek bedrijven), om te zien wat ik uiteindelijk voor elkaar kan krijgen om de beste opname van het geluid te garanderen.

Bij sounddesign is mijn advies om de tijd te nemen en niet bang te zijn om dingen weg te gooien als het niet werkt. Ik vergelijk sounddesign met verven. Je kunt het zien als een canvas waarop je de smaak maakt van het geluid. Hier moet iets groens. En dan denk je: “Dit is het toch niet”. Dan moet je ook het rode penseel durven te pakken en proberen of dat de juiste keuze is.  Eigenlijk als een muziekstuk componeren we het geluid. Het kan zijn dat een stukje niet goed uitpakt, durf het dan weg te gooien en doe dan bijvoorbeeld het tegenovergestelde waardoor je twee verschillende opties hebt om de beste keuze te maken.

– Wat is je advies aan nieuwe makers?

Geluid is dus politiek bedrijven. Besef dat! Wees chill, wees rustig. En vraag vooral als je iets wilt weten op de set. Films maken is namelijk een team-effort. Een ander advies is om jezelf aan te leren hoe dingen technisch werken. Doe dit door zelf lekker te gaan googelen en bijvoorbeeld via YouTube filmpjes te kijken, zo kun je een hoop leren. Via facebookgroepen zijn er communities voor verschillende onderwerpen in ons vak. Elke dag lees ik of ik kijk een filmpje om zo bij te blijven, maar ook om te leren van de fouten die een ander heeft gemaakt.

En als je net begint, probeer dan zoveel mogelijk ervaring op te doen. Doe bijvoorbeeld mee aan een 48 hour filmproject te gaan doen. Het houdt in dat je binnen 48 uur een film mag maken. Je krijgt een genre, een prop, een zin en het begint met een team van schrijvers. Vanuit het script wordt dan een film gemaakt.  Dit is een goede manier om contacten op te doen in de filmindustrie en zeker ook in de fictie wereld, wat een vrij lastige wereld is om tussen te komen.

– Equs-film herinvesteert haar verdiensten in de maak van korte films om Nieuw Talent een kans geven. Jij doneert vaak je tijd en expertise om anderen te helpen. Waarom vind je teruggeven of helpen belangrijk?

Ik vind het heel belangrijk dat mijn werk ook iets voor de samenleving betekent, in plaats van dat ik alleen mijn brood ermee verdien. Zeker voor beginnende filmmakers, zeker voor iemand met een andere achtergrond, vind ik het zeer belangrijk dat ze geholpen worden.

De filmwereld blijft een gesloten wereld. In deze branche moet je altijd iemand kennen. Om mij heen ken ik veel mensen die prachtige verhalen te vertellen hebben, verhalen die ik niet op tv zie en ook niet in de bioscoop zie verschijnen. Als ik hen help, dan komt er iemand met een ander soort verhaal. Die prijs die wij bijvoorbeeld hebben gekregen bij het Nederlands Filmfestival, daar ben ik trots op, omdat dit een verhaal is met een andere achtergrond en een andere soort manier van vertellen. Ik vind dat er meer van dit soort verhalen moeten komen. Ik hoop er op om de gesloten filmwereld meer te doorbreken.

– Waar ben je momenteel mee bezig?

Ik ben altijd met duizend en 1 dingen tegelijk bezig. Nu tref je mij toevalligerwijs in december aan het einde van dit jaar. Commercieel gezien heb ik het meeste afgerond, er is nog 1 klus voor de NS waar ik mee bezig ben. Daarnaast ga ik een sounddesign doen voor een kinderfilm van Ydwer Bosma.

Ik ben ook bezig met voorbereidingen te treffen voor de film ‘Loverboy Amsterdam’.  Dat wordt een speelfilm in de bioscoop, de producent hiervan is Cyriel Guds. Hij heeft alles zelf gefinancierd en geregeld. Hij heeft eerst een zesdelige serie gemaakt over loverboys en deze serie overal gepitched. Maar hij werd overal afgewezen omdat hij geen film academie heeft gedaan. Ondanks dat deze serie op Youtube heel veel is bekeken, kreeg hij het dus niet voor elkaar om geld vrij te krijgen voor een vervolg. Daarom is hij is een crowdfunding gestart, waarmee hij 25 duizend euro heeft opgehaald. Ook krijgt hij nu geld via gemeentesubsidies. Hij gaat het dus weer helemaal zelf doen. Van deze film ga ik het sounddesign doen.

En ik heb het sounddesign gedaan voor de graphic novel ‘Afscheid’, die gemaakt is door Sam Yazdanpanna. Deze wordt binnenkort gereleased. Het gaat over de vlucht van een Iraanse jongen die veertig jaar gelden naar Amsterdam is gekomen. Hij beschrijft hoe hij via mensenhandelaren mee werd genomen vanuit Iran naar Turkije en uiteindelijk maar Nederland en wat er dan allemaal gebeurt.  Vanuit het Amsterdam Kunst fond is er geld vrijgekomen voor deze graphic novel. Het sounddesign is al helemaal afgerond. Dit heb ik gedaan voor een lager bedrag dan wat ik normaal betaald krijg, maar ik vond dat dit gedaan moest worden vanwege het onderwerp van de film. De maker vond het heel vet geworden, de novel bestond namelijk uit losgeknipte filmpjes en voor de handigheid  heb ik die allemaal aan elkaar geschoven. De maker vond dit zo gaaf dat hij er nu als vervolg ook een bioscoopfilm van gaat maken.

Dan hebben we nog de kettingvraag van DoP Jan van Ooijen voor jou.

Zeer zeker. Om te beginnen de belangrijkste persoon is mijn vriendin Lizelotte van Dijk. Mijn vriendin heeft haar eigen werk als actrice en we hebben samen drie kinderen. Ik ben meestal heel veel aan het werk, maar zij managet het om redelijk fulltime te werken, het huishouden te runnen en alles rondom de kinderen te verzorgen. Dat één iemand dat kan, dat vind ik bizar.

Ook Dennis Overeem en  Dewi Reijs zijn een inspiratie. Zij hebben samen de stichting ‘the buddy film project’. Daarmee helpen ze gevluchte filmmakers uit landen als bijvoorbeeld Syrië en Ethiopië. Als filmmakers moeten vluchten uit hun land, valt hun netwerk grotendeels weg. Zij helpen deze mensen door ze te koppelen aan Nederlandse filmmakers. Dennis en Dewi helpen daarnaast ook in hun privétijd ongelofelijk veel mensen. Dit betreft niet alleen filmzaken, maar ook privé zaken.

En dan hebben we nog een aantal mensen die ik niet onbenoemd wil laten.

Cyriel Guds; dat is de jongen die de film ‘loverboy Amsterdam’ gaat maken. Ik bewonder zijn ambitie en gedrevenheid. Dat vind ik mooi om te zien. Hij werkt erg hard en wanneer de fondsen hem niet willen, besluit hij dat hij het zelf op een andere manier voor elkaar gaat boksen.

Sam Yazdanpanna is een gevestigd filmmaker en werkt ook voor Stichting de Vrolijkheid.  Hij is gevlucht en heeft door het conflict in Iran een behoorlijk trauma opgelopen. Ik vind het daarom erg knap dat hij zich hier heeft opgewerkt en wat hij heeft bereikt in de filmwereld. Ook geeft hij vanuit stichting de Vrolijkheid kinderen in AZC’s een dag invulling. Hij voert hier creatieve projecten uit zoals films en muziek.

Chris Belloni en Antonij Karadzoski; zij werken voor het IQMF filmfestival. Chris heeft dit opgericht. Antonij is een werknemer die superhard werkt. Zij programmeren en ondersteunen o.a. films over homoseksualiteit, transgender en migratie. Zij geven hiermee andere mensen inspiratie. Ook hebben zij een subsidie gekregen van de Nederlandse overheid om op de Balkan Queer projecten te doen. Zij maken hier safe spaces, dit zijn fysieke ruimtes, waar queer mensen zichzelf kunnen zijn. Op straat worden ze misschien in elkaar geslagen, daar kan dat dus niet. Binnen deze safe places programmeren ze films en/of poëzie en geven ze workshops hierin. Kunst is naar mijn mening een manier waarop dit soort kwesties goed neergezet wordt en waardoor de doelgroep goed geholpen wordt.

– En nog de kettingvraag aan Nieuw Talent Ayla van Kessel die de volgende korte film van Equs gaat regisseren. Wat zou je haar willen vragen?

Ik zou graag willen weten waar Ayla haar leukste en meest ontroerende anekdote heeft opgedaan in de filmindustrie? Ik bedoel dan een specifiek voorbeeld wat haar het meest is bijgebleven. Want op de set en in de filmindustrie zijn altijd hele leuke verhalen.

 

Lees meer