Filmmaker van de maand: Marijn Liek

Marijn was altijd al bezig met video’s maken en films kijken en raakte daar tijdens zijn studie Media & Entertainment Management nog meer in geinteresseerd. Wanneer hij een productiestage doet bij EQUS FILM (Voorheen IFAN) wordt het productievuurtje aangewakkerd. Na zijn HBO doet hij een master Film Producing in Cardiff UK en produceert hij de short ‘the Path we take’. Als hij terug in Nederland is sluit hij zich weer aan bij EQUS. Hij is daar verantwoordelijk voor de artistieke tak en samen met Muriël (Horst) beginnen ze vaker op hoger niveau korte films te produceren zoals ‘Screwed’ (Tim ‘Moffenmeid’ (Raymon Hilkman) en ‘De overkammer’ (Raymon Hilkman). Daarnaast regisseerde hij de korte docu ‘Wasim’ en begin  dit jaar ook de door hem zelf geschreven korte film ‘Komt een man bij de Bakker’ met in de hoofdrol Thomas Luyn.

 

– Je loopt al jaren mee bij EQUS FILM (voorheen IFAN) waarbij je als voorzitter van de EQUS ACADEMY de korte films van nieuwe makers begeleid. Hoe was het om voor het eerst zelf zo’n Nieuwe Maker te zijn?

Ik loop al 10 jaar mee, dus ik ken het bedrijf goed. Om zelf zo’n Nieuwe Maker te zijn was wel even anders. Het heeft een behoorlijk lang voortraject gehad door COVID. Ik denk dat Muriël van EQUS en ik drie jaar geleden hadden besloten dat we deze film zouden maken en dat ik het ook zou regisseren. Maar door COVID had ik dus wel even de tijd om er aan te wennen. Ik had ook al eerder een korte documentaire gedaan met EQUS, maar dat is toch echt anders dan fictie. Gelukkig had ik een cameraman die ik al goed kende, dus dat voelde allemaal heel goed. We hadden een klein team en gelukkig was iedereen heel enthousiast. Het hielp natuurlijk dat ik de set al ken vanuit een andere rol. We wisten van tevoren al goed wat we precies wilden en het waren ook niet de meest ingewikkelde opnames. Daarnaast hadden we een geweldige cast die heel goed mee werkten. En het vertrouwen wat ik van Muriël krijg is ook heel fijn.

 

– Welk opstapje is bepalend geweest in je carrière?

Ik denk zelf de korte film ‘Screwed’ (EQUS FILM 2018). Ik heb een jaar de master Film Producing in Cardiff, Wales, gedaan. Ik had daarvoor al stagegelopen bij EQUS FILM en toen ik terugkwam vroeg Muriël of ik weer wilde helpen om korte films te gaan produceren. ‘Screwed’ was eigenlijk het eerste project wat we hebben gedaan en het was ook best wel een pittig project. We moesten filmen op meerdere locaties, we hebben subsidies moeten aanvragen en we hadden een grote crew. Dat was veel werk, maar dat heeft er ook wel voor gezorgd om meer te gaan doen met EQUS. Ook heb ik op set een aantal mensen leren kennen, zoals Raymon (Hilkman) met wie we vervolgens een aantal films hebben gedaan. Dus dat was wel de film die het opzetje was naar het nieuwe EQUS en ook voor mij persoonlijk.

 

– Waar ben je het meest trots op?

Qua productie denk ik dat ‘Screwed’ zeker één van de projecten is waar ik heel trots op ben. Ook mijn afstudeerfilm ‘The Path we Take’ (2016) ben ik trots op. Die film heb ik gemaakt toen ik nog in Wales studeerde en daar moest ik alles helemaal zelf doen. We hebben het opgenomen in Frankrijk met een Nederlands/Belgische crew en Engelse acteurs, dus dat was heel veel. Ik was heel blij en trots dat alles goed is uitgekomen. Op dit moment ben ik trots op mijn laatste film ‘Komt een man bij de Bakker’ (2022). Mede ook omdat de aanloop ernaartoe zo lang was en we daardoor met veel tegenslagen om moesten gaan. Daarnaast heb ik het script zelf geschreven en voor het eerst de regie gedaan van een fictiefilm. Maar ik denk dat er niet één productie is waar ik het meest trots op ben, ik ben eigenlijk op ieder project altijd wel trots.

 

– Wat is je grootste misser?

Dat is natuurlijk een beetje lastig, aangezien er altijd mensen aan verbonden zijn. We hebben een paar jaar geleden een korte documentaire gedaan, ‘Wasim’, daar waren we heel trots op. Het is een mooi verhaal met een mooi karakter. Maar we hadden een lastige aanloop ernaartoe. Deze documentaire zou eigenlijk een afstudeerproject zijn van een student, maar die persoon bleef plotseling weg en toen heb ik op het laatste moment de regie heel snel moeten overnemen. Achteraf vind ik dat we daar meer tijd voor hadden moeten nemen, dan was het onderwerp beter tot z’n recht gekomen. En dat is achteraf wel jammer natuurlijk. Maar het is een leerproces en ik vind de film nog steeds hartstikke mooi en de boodschap van Wasim is ook heel mooi.

 

– Hoe denk je dat EQUS FILM Nieuw Talent het beste kan helpen in hun carrière?

Onze kracht is vooral dat we vaak met mensen werken die niet de filmacademie hebben gedaan. De filmacademie is heel goed, maar die mensen hebben vaak al een wat snellere weg naar de industrie en makers bij ons zijn vaak van de HKU (Hogeschool voor de Kunsten Utrecht) of hebben helemaal geen filmschool gedaan. Zij zijn vaak gewend om van niets iets moois te maken. Wij kunnen hen dan de ondersteuning geven die ze vaak na hun studie nodig hebben. Ook zijn er bij ons ervaren makers aangesloten en daar kan je als Nieuwe Maker natuurlijk erg veel van leren. We bieden een steuntje in de rug. Steeds meer mensen kennen EQUS FILM ook, we worden op steeds meer evenementen vertoont, dus dat helpt ook.

 

– Wat zijn je toekomstige ambities?

Met EQUS zijn we nu bezig een korte film van Ronald Giphart (schrijver) en zijn dochter en daar help ik aan mee. Daarnaast ben al een tijdje bezig met een animator omdat we ook graag een korte animatie wilden maken. Maar dat traject kost heel veel tijd. Ik heb het verhaal zelf geschreven en de animator is al bezig met het animeren. Maar het is een tijdrovend proces, dus het is moeilijk in te schatten wanneer dat af zal zijn. En misschien dat ik volgend jaar weer iets ga schrijven. Ik weet niet of ik per se ook weer iets wil regisseren, ik denk dat mijn kracht meer bij de productie en het schrijven ligt.

– Dan nog de kettingvraag van scenarist Lars Boom voor jou: Zijn er wel eens momenten dat je moedeloos bent en dat je denkt “waarom doe ik het nog?”

Moedeloos is misschien een beetje te groot woord, maar ik doe bijvoorbeeld ook vaak de distributie van onze films, dus het inzenden naar festivals. Dat is wel een heel moeilijk traject, er zijn zoveel festivals het is heel moeilijk om in te schatten waar je kans maakt. Daarnaast krijgen de meeste festivals honderden, soms duizenden, inzendingen en je moet er maar net tussenkomen. De films die wij maken zijn vrij commercieel en de meeste festivals zijn iets artistieker, dus dat is voor ons een nadeel. Uiteindelijk is het wel belangrijk dat je films maakt waar je zelf achterstaat. Maar het is soms wel frustrerend als je tien keer achter elkaar te horen krijgt dat je film niet geselecteerd is. Daar word je soms een beetje moedeloos van. Maar vervolgens heb je een reeks waarin je film veel wordt vertoond en dat motiveert dan weer. Zeker als je veel leuke reacties erop krijgt.

 

– En dan mag jij nog een vraag stellen aan Goof de Koning; DoP (camera) van vele Nederlandse films-en series.

Mijn vraag aan hem is waar hij zijn inspiratie vandaan haalt voor nieuwe methodes om te werken.

Ikzelf luister veel podcasts en ik kijk veel films, dat is natuurlijk een inspiratie. Als cameraman ben je natuurlijk iets technischer, misschien is er een bepaalde maker waar hij zijn inspiratie vandaan haalt.